Weigering begeleiding blinde klant Kruidvat is verboden onderscheid
Weigering Kruidvat is verboden onderscheid op grond van handicap en chronische ziekte
De weigering van medewerkers van een Kruidvat-filiaal in Vught om een blinde vrouw aan de arm door de winkel te leiden, is verboden onderscheid op grond van handicap en chronische ziekte. Tot dat oordeel komt het College voor de Rechten van de Mens op basis van de nieuwe uitgebreide Wet gelijke behandeling.
De blinde vrouw had haar klacht gemeld bij antidiscriminatiebureau RADAR. Op pogingen van RADAR om te bemiddelen werd door A.S. Watson, moederbedrijf van Kruidvat, niet gereageerd. Zo werd voorgesteld om op een rustig moment de vrouw door de winkel te leiden. Na het uitblijven van een reactie van A.S. Watson heeft RADAR namens de vrouw een oordeel gevraagd bij het College.
Zelfstandig winkelen
Voor de vrouw is het belangrijk dat ze zo zelfstandig mogelijk kan winkelen. Zij wil bijvoorbeeld verschillende borstels kunnen voelen of vragen kunnen stellen over de ingrediënten van verschillende kleurspoelingen en de prijzen ervan. De medewerkers van Kruidvat boden wel aan om aan de hand van een boodschappenlijst de door haar gewenste producten uit de winkel te pakken. De vrouw zou daarbij ook gelegenheid krijgen de producten te voelen en vragen te stellen aan een medewerker.
Nieuwe wet
Het College heeft de uitspraak gedaan op grond van de nieuwe Wet gelijke behandeling op grond van handicap en chronische ziekte. Deze wet is uitgebreid na ratificatie van het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap op 14 juli 2016. In de publicatie van het oordeel schrijft het College dat mensen met een beperking volgens de nieuwe wet zelf moeten aangeven welke aanpassingen nodig zijn. De aanbieder heeft de plicht om de aanpassingen op haalbaarheid te onderzoeken en actief in gesprek te gaan over mogelijke aanpassingen. Kruidvat had volgens het College dan ook moeten onderzoeken of de vrouw op een rustig moment door de winkel geleid kan worden of moeten overleggen over andere oplossingen.
Het verweer van A.S. Watson dat het verzoek van de vrouw onevenredig belastend is, is volgens het College eveneens onvoldoende onderzocht. Volgens A.S. Watson kost het aan de arm door de winkel leiden van de vrouw te veel tijd en past het niet in de planning van de medewerkers. Daarbij gaf A.S. Watson bij het College aan dat het fysiek contact voor medewerkers te belastend is en zegt het bedrijf te willen voorkomen dat medewerkers ‘drugverslaafden of klanten met een huidziekte aan de arm moeten begeleiden’.
Reactie RADAR
Antidiscriminatiebureau RADAR is verheugd met de uitspraak. “Uit het oordeel van het College komt klip en klaar naar voren dat bedrijven verzoeken van hun klanten met een beperking serieus moeten nemen en in gesprek moeten gaan over mogelijkheden om noodzakelijke aanpassingen te realiseren. Het is belangrijk dat mensen met een handicap of chronische ziekte zelfstandig mee kunnen doen in onze maatschappij.”
Het oordeel is na lezen op de website van het College voor de Rechten van de Mens.