RADAR/Art.1 rapport over Etnisch Profileren
Etnisch profilering schaadt vertrouwen in politie
Allochtone jongeren hebben regelmatig het gevoel dat ze te maken hebben met etnische profilering door de politie. Dit schaadt het vertrouwen in de politie. Dit blijkt uit het RADAR/Art.1 rapport ‘Effecten van ervaren selectiviteit bij politiecontroles; een uiteenzetting aan de hand van interviews en focusgroep’. RADAR/Art.1 heeft adviezen uitgebracht over te nemen maatregelen om vertrouwen te bevorderen. De politie neemt de adviezen ter harte en onderzoekt welke stappen gezet kunnen worden.
Gesprekken in Rotterdam en Breda
Etnische profilering is de laatste jaren steeds meer in de
actualiteit in Nederland. Onder andere Amnesty International heeft zich zeer
kritisch uitgelaten over de uitoefening van controlebevoegdheden door de politie.
Volgens Amnesty vindt nog te vaak selectie plaats op basis
van etnische en/of religieuze kenmerken van burgers en treft dit met name
jongeren. Gelet op signalen over etnische profilering heeft RADAR/Art.1 in 2013
en 2014 in Rotterdam en Breda een diverse groep mensen geïnterviewd, zoals
jongeren met een allochtone achtergrond, vertegenwoordigers van
migrantenorganisaties, jongerenwerkers, docenten of mensen die op een andere
manier veel in aanraking komen met jongeren. In totaal is gesproken met ruim 300
mensen.
Jongeren ervaren onprettige bejegening en machtsvertoon
Een deel van de respondenten heeft ervaring met politiecontroles waarbij zij zich geselecteerd voelen op basis van hun afkomst en/of huidkleur. Veelvuldig worden negatieve ervaringen genoemd zoals onprettige bejegening, uiteenlopend van kortaf zijn, afsnauwen tot een houding van machtsvertoon. De politie wordt verweten amper tot geen uitleg te geven voor een controle, wat de vermoedens van selectiviteit op grond van afkomst bij de jongeren versterkt. Kritiek gaat vrijwel niet over het formeel overschrijden van bevoegdheden maar steevast over bejegening. Een ander deel van de respondenten heeft geen negatieve ervaringen met politiecontroles. En sommige respondenten hebben zelfs begrip voor de werkwijze van de politie.
Vertrouwen in politie en samenwerkingsrelatie beschadigd
Negatieve ervaringen in bejegening schaden niet alleen het imago van de politie, ze kunnen ook de uitvoering van politiewerk zelf frustreren. De politie is immers sterk gebaat bij de medewerking van burgers bij het voorkomen en tegengaan van criminaliteit. Staat het vertrouwen in de politie bij delen van de bevolking onder druk, dan bemoeilijkt dat effectieve taakuitvoering door de politie. Wanneer het vertrouwen wel geschaad is door negatieve ervaringen, lijken positieve ervaringen een tegenwicht te kunnen geven.
Aanbevelingen
Naar aanleiding van dit onderzoek doet RADAR/Art.1 diverse aanbevelingen aan de politie:
- Train politiemensen om bejegening bij politiecontroles te verbeteren;
- Verbeter de transparantie en onafhankelijkheid rondom klachtenregelingen;
- Kijk kritisch naar selectiemechanismen die politiemensen hanteren bij wie wel/niet gecontroleerd wordt op straat en welke (on)bewuste vooroordelen daarin een rol daarbij kunnen spelen;
- Organiseer niet-incidentgerelateerde ontmoeting tussen politie en jongeren;
- Bevorder de kennis over rechten en plichten bij staandehoudingen en controles onder jongeren.
Politie neemt kritiek serieus
In juli 2014 is het rapport voorgelegd aan de politie. Naar aanleiding van deze rapportage zijn er meerdere gesprekken gevoerd met de politie eenheden waar het onderzoek heeft plaatsgevonden.
De politie neemt de kritiek serieus. Op dit moment is RADAR/Art.1 in gesprek met de politie over welke concrete stappen gezet kunnen worden om deze problematiek op te lossen.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Tikho Ong via [email protected]