Ongelijkheid in Nederland: wie voelt zich buitengesloten?
Discriminatie en sociale uitsluiting zijn geen exclusieve problemen van grote steden of de Randstad. Dat blijkt opnieuw uit het recente rapport van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) met de titel: “Verdeeld over het land – Ongelijkheid, leefwerelden en maatschappelijke overtuigingen”.
Hoewel er regionale verschillen zijn in hoe vaak mensen discriminatie of sociale uitsluiting ervaren, blijkt sociale klasse een veel krachtigere voorspeller dan woonplaats. Mensen met weinig economisch, sociaal of persoonskapitaal lopen simpelweg meer risico om buitengesloten te worden (of te voelen). De toegang tot hulpbronnen – zoals inkomen, opleiding, gezondheid, sociale netwerken en culturele vaardigheden – hangt vooral samen met individuele kenmerken zoals leeftijd, gezinssamenstelling, migratieachtergrond en geslacht.
Opvallend is dat niet alleen de meest kwetsbare groepen, zoals het precariaat en de onzekere werkenden, vaker discriminatie en uitsluiting ervaren. Ook relatief jonge, goed opgeleide mensen uit de klasse van de jongere kansrijken voelen zich regelmatig buitengesloten – alsof ze er niet echt bij horen of minder meetellen in de samenleving.
Het rapport maakt duidelijk dat discriminatie en uitsluiting geen op zichzelf staande verschijnselen zijn, maar nauw verweven zijn met bredere structurele ongelijkheid. Voor beleid en samenleving betekent dit volgens de onderzoekers dat investeren in gelijke kansen alleen effect heeft als het onderdeel is van een bredere, samenhangende aanpak van sociale ongelijkheid.
📘 Lees het volledige rapport Ongelijkheid in Nederland: wie voelt zich buitengesloten?:
Verdeeld over het land – SCP, juni 2025