Direct naar content
RADAR Discriminatie melden
Discriminatie melden
Artikel

Coalitie tegen etnisch profileren in hoger beroep tegen de KMar

Een coalitie van maatschappelijke organisaties en twee niet-witte burgers is in beroep gegaan tegen de uitspraak van de rechtbank over etnisch profileren door de Koninklijke Marechaussee (KMar) bij MTV-controles (Mobiel Toezicht Veiligheid).  

Tijdens deze controles in het grensgebied selecteert de KMar mensen onder meer op basis van hun uiterlijk, huidskleur, (vermeende) etniciteit of nationaliteit. Er is geen sprake van een individuele verdenking tegen de mensen die gecontroleerd worden. De KMar gebruikt bij deze grenscontroles risicoprofielen waarin etniciteit een onderdeel is, zoals het profiel van de ‘Nigeriaanse geldsmokkelaar’: “Snellopend, goed gekleed met een “niet-Nederlands uiterlijk.” Een van de eisers in de coalitie werd vanwege dit profiel uit de rij gehaald.  

Huidskleur “objectieve aanwijzing” voor nationaliteit

De coalitie bestrijdt het oordeel van de rechtbank dat (vermeende) “etniciteit onderdeel mag zijn van risicoprofielen die de KMar gebruikt.” Volgens de rechtbank mag etniciteit zelfs een beslissend criterium zijn om iemand staande te houden – ook daar tekent de coalitie beroep tegen aan. De coalitie verzet zich ook tegen het oordeel dat iemands huidskleur “een objectieve aanwijzing kan zijn voor iemands vermeende nationaliteit.” Deze standpunten zijn volgens de coalitie volstrekt onjuist. Ze gaan uit van een verouderd, problematisch en onjuist beeld van burgerschap dat erop neerkomt dat er één typische Nederlander bestaat en dat die Nederlander wit is. Volgens de coalitie heeft de rechtbank de discriminatietoets dan ook onjuist toegepast.

KMar gebruikt grenscontrole voor ander doel

Een ander punt dat de coalitie bekritiseert gaat over de manier waarop de KMar de MTV-controles in de praktijk inzet. Volgens het Vreemdelingenbesluit 2000, artikel 4.17a zijn de MTV-controles gericht op het tegengaan van illegaal verblijf na grensoverschrijding. Bij grenscontroles mag de KMar mensen staande houden en naar hun ID en nationaliteit vragen, zonder dat daartoe een individuele verdenking nodig is. De KMar gebruikt dezelfde bevoegdheid echter ook om grensoverschrijdende criminaliteit aan te pakken – een strafrechtelijke taak. Dit is van belang, omdat MTV-controles pro-actief zijn; er hoeft geen sprake te zijn van een redelijk vermoeden van schuld aan het plegen van een strafbaar feit voordat de controle mag worden uitgevoerd. Volgens de coalitie is dit niet zoals de MTV-controle wettelijk is vastgelegd. Bovendien gebruikt de KMar hierbij etnisch geladen risicoprofielen, denk aan het profiel van de ‘Nigeriaanse geldsmokkelaar’. Dit is volgens de coalitie in strijd is met het discriminatieverbod.

KMar stelt dat etniciteit in risicoprofielen wettelijk toegestaan is

Eind 2021 deelde luitenant-generaal Hans Leijtens de Tweede Kamer mee dat de KMar gaat stoppen met etnisch profileren. De coalitie reageerde hier positief op en stelde dat dit een belangrijke eerste stap is naar een gelijkwaardige behandeling van mensen van kleur. Toch bleef de KMar in de Tweede Kamer van mening dat het gebruik van etniciteit als indicator in profielen en selectiebeslissingen voor het MTV, wettelijk gezien toegestaan is. Volgens de KMar is dergelijk optreden gebaseerd op een “solide wettelijke grondslag”, waarbij de KMar zich gesterkt voelt door de uitspraak van de rechtbank. De coalitie voelde zich, naast de inhoudelijke juridische bezwaren bij het vonnis, ook daarom genoodzaakt om in hoger beroep te gaan.

Verder verloop van de procedure

Op 17 mei 2022 heeft de coalitie de memorie van grieven ingediend bij het gerechtshof Den Haag. Hierin staan hun inhoudelijke bezwaren tegen de uitspraak. De Staat moet eind juli 2022 de memorie van antwoord indienen. Het Gerechtshof zal dan beoordelen of er nog een schriftelijke ronde nodig is, of dat er een mondelinge behandeling ingepland zal worden. De coalitie verwacht dat de mondelinge behandeling mei 2023 op de rol staat. Het gehele hoger beroep (de memorie van grieven) is hier te lezen.

De zaak is aangespannen door twee Nederlandse burgers, samen met Amnesty International, Controle Alt Delete, het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten (NJCM), en antidiscriminatievoorziening RADAR.